Belasting op verwaarloosde woningen en gebouwen

Updated:
25/04/2025

Er wordt ten behoeve van de gemeente een jaarlijkse heffing gevestigd voor verwaarloosde woningen gebouwen die gedurende minstens twaalf opeenvolgende maanden zijn opgenomen in het gemeentelijk verwaarlozingsregister.

Uitzonderingen

Een vrijstelling van belasting op verwaarloosde woningen en gebouwen is mogelijk in de volgende gevallen en wanneer de nodige bewijsstukken via een beveiligde zending zijn overgemaakt aan het lokaal bestuur:

  • De belastingplichtige die sinds minder dan één jaar houder van het zakelijk recht is over de woning of het gebouw.

    • Je bewijst dit door een attest van de notaris of notarisakte over te maken waaruit blijkt vanaf welke datum de belastingplichtige eigenaar is geworden;

    • Deze vrijstelling geldt slechts voor het belastingjaar dat volgt op het verkrijgen van het zakelijk recht.

    • Deze vrijstelling geldt niet voor:

      • de overdracht aan een vennootschap die door de overdrager rechtstreeks of onrechtstreeks gecontroleerd wordt;

      • de overdracht die het gevolg is van een fusie, splitsing of andere overgang ten algemene titel;

  • De belastingplichtige die de verwaarloosde woning volledig en uitsluitend gebruikt als zijn hoofdverblijfplaats en op voorwaarde dat deze niet over een andere woning beschikt en voor zover de belastingplichtige onder de inkomensgrenzen voor een sociale huurwoning valt, zoals bepaald in artikel 6.13 van Boek 6 van het Besluit Vlaamse Codex Wonen van 2021 (ook bekend als het Kaderbesluit Sociale Huur);

  • Wegens overmacht, als de belastingplichtige aantoont dat de woning of het gebouw opgenomen blijft in het register van verwaarloosde woningen en gebouwen ten gevolge van een onvoorzienbare gebeurtenis onafhankelijk van zijn wil.

    • Deze vrijstelling wordt verleend voor een termijn van één jaar, maar wordt jaarlijks verlengd als de overmacht aanhoudt.

  • De belastingplichtige die een gedetailleerd renovatieschema voorlegt met daarin tekeningen en een opsomming van de werken, waaruit blijkt dat hij de nodige renovatiewerken zal uitvoeren. Voor de toepassing van deze vrijstelling wordt sloop die gevolgd wordt door vervangingsbouw gelijkgesteld met renovatiewerken.
    Deze vrijstelling kan per houder van het zakelijk recht voor hetzelfde pand ten hoogste twee opeenvolgende belastingjaren verkregen worden

    Het gedetailleerde renovatieschema bevat al de volgende stukken:

    • een tekening of schets van de woning of het gebouw met aanduiding van de geplande werken;

    • een volledige opsomming en korte beschrijving van alle geplande werken;

    • een raming van de kosten van de geplande werken via een van de volgende stukken:

      • een offerte voor de levering en plaatsing van materialen door een aannemer;

      • een offerte voor de levering van materialen als de werken in eigen beheer worden uitgevoerd;

      • een combinatie van beide offertes;

    • een fotoreportage van de delen van de woning of het gebouw die gerenoveerd worden.

  • De belastingplichtige die houder van het zakelijk recht is over meerdere woningen en/of gebouwen die hij of zij tegelijk wil slopen, verbouwen of renoveren om economische en praktische efficiëntieredenen. Deze vrijstelling kan ten hoogste twee opeenvolgende belastingjaren verleend worden, voor zover de belastingplichtige een gedetailleerde planning voorlegt voor de uit te voeren sloop-, verbouwings- of renovatiewerken.

    • Om deze vrijstelling te vernieuwen moet de belastingplichtige in de loop van het jaar voorafgaand aan de vernieuwing mondeling of schriftelijk rapporteren over de voortgang van de voorbereidingen en de werken op het lokaal woonoverleg waartoe hij wordt uitgenodigd.

    • Het woonoverleg formuleert een advies voor het college van burgemeester en schepenen over de vrijstelling voor het betreffende belastingjaar. Als er geen of onvoldoende voortgang blijkt om de verwaarlozing binnen de twee jaar weg te werken, wordt geen nieuwe vrijstelling verleend.

  • Een vrijstelling wordt verleend indien de woning of het gebouw:

    • gelegen is binnen de grenzen van een door de bevoegde overheid goedgekeurd onteigeningsplan, of geen voorwerp meer kan uitmaken van een stedenbouwkundige vergunning of omgevingsvergunning omdat een voorlopig of definitief onteigeningsplan is vastgesteld;

    • vernield of beschadigd werd ten gevolge van een plotse ramp, met dien verstande dat deze vrijstelling maximum drie opeenvolgende belastingjaren kan worden verleend, te rekenen vanaf de datum van de vernieling of beschadiging.
      Onder een ramp wordt verstaan elke gebeurtenis die uiterlijk waarneembare schade veroorzaakt aan de woning of het gebouw, waardoor de bewoning van de woning of het gebruik van het gebouw geheel of ten dele onmogelijk wordt;

  • De woningen en gebouwen waarvan het zakelijk recht toebehoort aan de Belgische Staat ingevolge definitieve verbeurdverklaring (artikel 42, 1° en 2° van het Strafwetboek);

  • De woningen en gebouwen die beschermd zijn als monument. Deze vrijstelling geldt 24 maanden vanaf de beslissing tot bescherming.

Indien een vrijstelling te laat wordt ingediend, zal de vrijstelling pas later beginnen te lopen en zal voor de eerstvolgende belasting geen vrijstelling genoten worden.

Procedure

De belasting wordt ingevorderd door middel van een kohier dat vastgesteld en uitvoerbaar verklaard wordt door het college van burgemeester en schepenen.

Tarief

De belasting bedraagt 1.500 euro (voor het eerste jaar) met een maximum van 7.500 euro (vanaf het vijfde opeenvolgende jaar).

Contact

Vergunningen
Publieksuren
Dag Time slot
dinsdag: 13:30-19:00
Link naar alle publieksuren van de dienst